Skip to content

Goed lesgeven is hard werken en succes is niet gegarandeerd

Deze column is eerder verschenen in februari-nummer van Het Onderwijsblad

Dichtgetimmerde methodes vol irrelevante lesstof zijn volgens Suzanne van der Schot, een lerares Nederlands in Slovenië, de oorzaak van het lerarentekort alhier. Haar oplossing? Leraren moeten zélf de inhoud van hun lessen bepalen. 

Deze mening, in artikelvorm gepubliceerd in NRC/Handelsblad, raakt een nationale kwestie. De onderwijsinspectie constateerde immers eerder dat lessen nog wel eens methodegebonden en saai zijn. Dit is voor zowel leraren als leerlingen niet motiverend. Tegelijkertijd, met een gebrek aan autonomie heeft dit niks te maken. Nergens in de wereld is vrijheid van inrichting zo groot als hier. De beroepsgroep kiest hier kennelijk zelf voor. De vraag die rest luidt; waarom toch? 

Omdat lesgeven ingewikkeld is. Uitleggen en zelf ontdekken, dat gaat nog wel. Het organiseren van de stappen daartussen is echter lastig. Betekenis verlenen staat voor nieuwe kennis verbinden met het eerder geleerde, gebeurtenissen in de werkelijkheid, belangstelling en ervaringen. Van daaruit het geleerde inoefenen, dat controleren, feedback geven, verleiden en begrenzen, het is subtiel en mooi werk, als het lukt. Maar het lukt ook wel eens niet en dan moet je weer iets bedenken, proberen, met die leerstof, met die klas. Goed lesgeven is hard werken en dan nog, succes is niet gegarandeerd. De Amerikaanse instructiegoeroe en hoogleraar David Merrill stelde ooit; ik zie in de staande lespraktijk veel uitleg en opgaven maken, leraren weten best dat dit anders en beter kan, maar ze krijgen hun instructie soms even niet effectief georganiseerd en daarom moeten we praten.  

En precies daar zit bij ons het ongemak. Het gesprek op scholen gaat zelden over wat we onderwijzen, waarom dat moeilijk is en hoe dat beter kan. Lesgeven wordt daardoor gereduceerd tot het volgen van de lesmethode. Na paragraaf een komt paragraaf twee. Dit vertrouwen in lesmethodes is totaal misplaatst. Iedereen mag in Nederland een lesmethode maken, er is geen toelatingstoets, ballotagecommissie of kwaliteitscontrole. In mijn vak zijn bijvoorbeeld slechts twee lesmethodes vakinhoudelijk voldoende. En ook die twee hebben tekortkomingen die vragen om bijsturende interventies. Daarover praten met vakcollega’s, samen de lessen beter maken, het gebeurt zelden. Dertig lange jaren van lerarentekort zetten het verval als vanzelf in een volgende versnelling. Onbevoegd voor de klas, flexibele snelle opleidingen resulteren in een brakke opleidingsbasis, vliegurentekort door parttimebanen, het ontbreken van vakdidactische correcties van de schoolomgeving, deze giftige cocktail plaatst de gesprekken over vak en uitvoering ergens tussen ingewikkeld en onmogelijk. 

Dus ja, de observatie van Van der Schot klopt. Nederlandse lessen zijn nog wel eens saai en methodegebonden. In volle klassen is dat de killer van leren en werkplezier. Maar dat is geen stelselkwestie, het is de uitvoering die tekortschiet. Alleen jij en ik kunnen dat veranderen. Zoals Merrill stelt: we moeten praten. Dat maakt het werk lichter en leuker.

Published inColumns

One Comment

  1. P P

    Mijn kind leert nooit met plezier. Omdat haar leerproces eruit bestaat uit te vinden hoe ze een voldoende kan halen. Ze vertelt nooit over wat ze geleerd heeft. Deze ophokplicht duurt te lang. Zucht

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *