Skip to content

De onderwijsparagrafen ogen Kamerbreed populistisch en gemakzuchtig

Deze column verscheen eerder in het oktobernummer van Het Onderwijsblad

Ga jij stemmen op 29 oktober? Ik wel, maar met tegenzin, want deze verkiezingen gaan over van alles, maar niet over onderwijs. Partijprogramma’s zijn doordrenkt met goede onderwijsbedoelingen als invoeren van het vak zelfredzaamheid (CDA) en brede brugklas (Groen Links/PvdA, D66, Volt). Over hoe dat dan gaat werken, in de bestaande context, geen woord daarover. En zo barst het van de vrijblijvende programpunten. Neem de gratis kinderopvang van GroenLinks/PvdA en D66. De kinderopvang is een optelsom van particuliere bedrijven die winst maken en niet zo weinig ook. Gaat de overheid die bedrijven uitkopen? Of vergoedt ze het commercieel tarief vanuit de belastinginkomsten? De VVD gelooft in prestatiebeloning. De leraar die hard werkt, omringd door luie collega’s, het frustrerend gevoel, herkenbaar. Maar deze discussie is vaker gedaan. Het onderscheid tussen een goede en excellente leraar is niet objectief vast te stellen. Ook bij prestatiebeloning blijft dus die frustratie, want de ene goede leraar krijgt wel een loonsverhoging, de ander niet. De slechte leraar is daarentegen herkenbaar. Versoepeling van het ontslagrecht helpt dan leerlingen en ouders. Maar onaardige maatregelen, liever niet. De PVV wil een politiek neutrale leraar. En ja, ideologisch preken in de klas is niet wenselijk. Anderzijds, algemeen vormend onderwijs voedt op tot burger en is nu eenmaal waarde-geladen. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij het schoolbestuur. De grondwet zet politiek en overheid op afstand. Wil de PVV de grondwet wijzigen? De SP gaat de lumpsum afschaffen. Eens, maar hoe zit het dan met de eigendomsrechten? Het onderwijs is niet meer van de besturen, maar van de minister? En een effectief bekostigingsstelsel, hoe ziet dat er eigenlijk uit? Dat wordt vast duidelijk als de SP gaat regeren.

De onderwijsparagrafen ogen Kamerbreed populistisch en gemakzuchtig. Terwijl de sector toch echt problemen heeft. Neem de ongekende budgetexpansie van de laatste tien jaar tegenover een dalend leerlingenaantal. Een lagere arbeidsproductiviteit, stijgende uitgaven aan defensie, zorg en wonen, hoe denk jij dat dit afloopt? Vergadertijgers van bonden en werkgevers dansten onlangs uitzinnig van vreugde op de tafel. De bezuiniging van 170 miljoen op de kansenregeling ging niet door. Deze vreugde is even gênant als misplaatst. In de pijplijn zitten onvermijdelijke miljardenbezuinigingen. Het is beter het daar voor de verkiezingen over te hebben. Wat ook geldt voor de onbestuurbaarheid van de sector. Duur betaald overheidsbeleid heeft de dalende leerprestaties enkel sterker laten dalen. Het zijn kansarme kinderen die hiervoor de prijs betalen. En wat zegt artikel 23 van de grondwet daarover? Het onderwijs is voorwerp van de aanhoudende zorg der regering! Waarom staan budgetkrapte en dalende leerprestaties dan niet in de top vijf van verkiezingsdebatonderwerpen? Kortom, op wie ik ga stemmen, ik weet het nog niet. Het gaat je ook niks aan en vooral, het maakt weinig uit. Met je aanhoudende zorg.

Published inUncategorized

Be First to Comment

Leave a Reply

Your email address will not be published. Required fields are marked *